In het kort
Conclusie 1
De inname van fosfor
is in Nederland gemiddeld
1410 mg/dag
Conclusie 2
1573 mg | 1250 mg
Conclusie 3
De inname van fosfor
is vrijwel gelijk
naar opleidingsniveau
Conclusie 4
De belangrijkste bron van fosfor is Zuivel en zuivelvervangers (32%)
Inname naar geslacht
Consumptie naar geslacht
De inname van fosfor is in Nederland gemiddeld 1410 mg/dag. De inname is hoger voor jongens/mannen (1573 mg/dag) dan voor meisjes/vrouwen (1250 mg/dag).
Inname naar leeftijd
Leeftijd
De gemiddelde inname van fosfor is voor volwassenen hoger (1480 mg/dag) dan voor kinderen (1135 mg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen.
Leeftijd en geslacht (4 groepen)
De gemiddelde inname van fosfor is voor volwassenen hoger (1480 mg/dag) dan voor kinderen (1135 mg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. |
Leeftijd en geslacht (12 groepen)
De gemiddelde inname van fosfor is voor volwassenen hoger (1480 mg/dag) dan voor kinderen (1135 mg/dag). Dit is te zien bij de jongens/mannen en bij de meisjes/vrouwen. |
Inname naar opleiding
Opleiding en leeftijd
De gemiddelde inname van fosfor is voor volwassenen vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 1459 en 1497 mg/dag. Ook voor kinderen is de inname van fosfor vrijwel gelijk naar opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het varieert tussen 1106 en 1179 mg/dag.
Opleiding, leeftijd en geslacht
De gemiddelde inname van fosfor is voor volwassenen vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 1459 en 1497 mg/dag. Ook voor kinderen is de inname van fosfor vrijwel gelijk naar opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het varieert tussen 1106 en 1179 mg/dag.
Bronnen
Bronnen van fosfor
De belangrijkste bronnen van fosfor zijn Zuivel en zuivelvervangers (32%), Brood, granen, rijst en pasta (20%) en Vlees en vleesvervangers (15%).
* De bijdrage van een voedingsmiddelengroep aan de totale inname van een voedingsstof is het gemiddelde van de bijdrages per deelnemer. Hierin zijn alleen de personen meegenomen die op de meetdagen iets van deze voedingsmiddelengroep hebben gegeten of gedronken.