In het kort
Richtlijnen
Richtlijn:
Eet één keer per week vis,
bij voorkeur vette vis
Consumptie
Van de volwassenen eet
30%
één keer per week vis
vette vis
Van de visconsumptie bestaat
38%
uit vette vis
% volgt richtlijn
Meer laag- en hoogopgeleide vrouwen voldoen aan de richtlijn dan middelbaar opgeleide vrouwen.
In de Voedselconsumptiepeiling is in de algemene vragenlijst nagevraagd hoe vaak de deelnemers vis eten. Schaal- en schelpdieren zijn hierbij ook meegeteld.
Vette vis bevat >5 gram vet/100 gram, bijvoorbeeld haring, makreel, paling en zalm.
Consumptie naar geslacht
Geslacht
30% van de Nederlandse volwassenen geeft aan 1 keer per week vis te eten. Er is vrijwel geen verschil tussen mannen (31%) en vrouwen (29%).
Geslacht-vette vis
Van de vis die wordt gegeten is gemiddeld 38% vette vis.
Consumptie naar leeftijd
Leeftijd-%
Onder volwassenen is er vrijwel geen verschil tussen leeftijdsgroepen in het percentage dat 1 keer per week vis eet. Het varieert tussen 29% en 35%.
Leeftijd en geslacht-%
Onder volwassenen is er vrijwel geen verschil tussen leeftijdsgroepen in het percentage dat 1 keer per week vis eet. Het varieert tussen 29% en 35%.
leeftijd-geslacht-vette vis
Het aandeel vette vis varieert tussen 32 en 45%.
Consumptie naar opleiding
Opleiding en geslacht-%
Het percentage mannen dat 1 keer per week vis eet is vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 27% en 33%. Het percentage vrouwen dat 1 keer per week vis eet is hoger voor laag- en hoogopgeleide vrouwen (34% en 33%) dan voor middelbaaropgeleide vrouwen (22%).
Opleiding-%
Het percentage mannen dat 1 keer per week vis eet is vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 27% en 33%. Het percentage vrouwen dat 1 keer per week vis eet is hoger voor laag- en hoogopgeleide vrouwen (34% en 33%) dan voor middelbaaropgeleide vrouwen (22%).