In het kort
Richtlijnen
Richtlijn:
Vervang boter, harde margarine en bak- en braadvetten door zachte margarine, vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige oliën.
% volgt richtlijn
Volwassenen eten gemiddeld
21 g/dag
vetten en oliën
% volgt richtlijn
Van de vetten en oliën bestaat
84 %
uit zachte vetten
Tot de groep zachte vetten behoren de vetten die bij kamertemperartuur zacht zijn: vetten voor op brood in een kuipje, vloeibare margarine/bak-en-braadvet/frituurvet en plantaardige oliën in fles. Harde vetten zijn bij kamertemperatuur hard: roomboter, kokosvet en margarine/bak-en-braadvet/frituurvet in een wikkel. |
Consumptie naar geslacht
Geslacht-gram
Nederlandse volwassenen eten gemiddeld 21 gram vetten en oliën per dag, waarvan 18 gram zachte vetten en plantaardige oliën. Mannen eten meer vetten en oliën (25 g/dag, waarvan 21 gram zachte vetten en plantaardige oliën) dan vrouwen (17 g/dag, waarvan 14 gram zachte vetten en plantaardige oliën). |
gemiddeld percentage zacht vet
Het aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën is 84%. Er is vrijwel geen verschil tussen mannen en vrouwen.
Consumptie naar leeftijd
Leeftijd-gram
De consumptie van vetten en oliën neemt bij volwassenen toe met de leeftijd. Volwassenen van 18-50 jaar eten gemiddeld 19 gram (waarvan 16 gram zachte vetten en plantaardige oliën) en volwassenen van 65-79 jaar 26 gram vetten en oliën per dag (waarvan 21 gram zachte vetten en plantaardige oliën). |
Leeftijd en geslacht-gram
De consumptie van vetten en oliën neemt bij volwassenen toe met de leeftijd. Volwassenen van 18-50 jaar eten gemiddeld 19 gram (waarvan 16 gram zachte vetten en plantaardige oliën) en volwassenen van 65-79 jaar 26 gram vetten en oliën per dag (waarvan 21 gram zachte vetten en plantaardige oliën). |
Leeftijd en geslacht-ratio
Onder mannen is er vrijwel geen verschil in het gemiddelde aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën tussen leeftijdsgroepen. Het varieert tussen 81% en 85%. Vrouwen van 18-50 jaar hebben gemiddeld een hoger aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën (88%) dan vrouwen van 65-79 jaar (77%).
Leeftijd-ratio
Onder mannen is er vrijwel geen verschil in het gemiddelde aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën tussen leeftijdsgroepen. Het varieert tussen 81% en 85%. Vrouwen van 18-50 jaar hebben gemiddeld een hoger aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën (88%) dan vrouwen van 65-79 jaar (77%).
Consumptie naar opleiding
Opleiding en geslacht-gram
Laagopgeleide mannen eten gemiddeld meer vetten en oliën (27 g/dag) dan hoogopgeleide mannen (23 g/dag). Zachte vetten en plantaardige oliën worden door middelbaar- en laagopgeleide mannen gemiddeld meer gegeten (22 en 24 g/dag) dan door hoogopgeleide mannen (19 g/dag). Onder vrouwen is er vrijwel geen verschil in consumptie van vetten en oliën naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 16 en 18 gram per dag. De consumptie van zachte vetten en plantaardige oliën varieert tussen 13 en 15 gram per dag. |
Opleiding-gram
Laagopgeleide mannen eten gemiddeld meer vetten en oliën (27 g/dag) dan hoogopgeleide mannen (23 g/dag). Zachte vetten en plantaardige oliën worden door middelbaar- en laagopgeleide mannen gemiddeld meer gegeten (22 en 24 g/dag) dan door hoogopgeleide mannen (19 g/dag). Onder vrouwen is er vrijwel geen verschil in consumptie van vetten en oliën naar opleidingsniveau. Het varieert tussen 16 en 18 gram per dag. De consumptie van zachte vetten en plantaardige oliën varieert tussen 13 en 15 gram per dag. |
Opleiding-%
Het aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën is onder volwassenen vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert voor volwassenen tussen 83% en 85%.
Opleiding en geslacht-%
Het aandeel zachte vetten en plantaardige oliën van totaal vetten en oliën is onder volwassenen vrijwel gelijk naar opleidingsniveau. Het varieert voor volwassenen tussen 83% en 85%.