Vitamines en mineralen
De resultaten over de inname van vitamines en mineralen laten zien wat Nederland aan deze voedingsstoffen binnenkrijgt en of dat is veranderd. De gegevens zijn te zien voor verschillende subgroepen in de bevolking. Ook laten de resultaten zien waar en wanneer de voedingsstoffen in de voeding voorkomen. Daarnaast worden de inname-gegevens naast de voedingsnormen gelegd. De meest recente Voedselconsumptiepeiling is uitgevoerd van eind 2012 tot en met 2016.
De belangrijkste bevindingen hiervan:
- De inname van koper, magnesium, zink, vitamine B1, B3, B12 en K1 is bij volwassenen voldoende. Voor kinderen is dit voor koper, vitamine B3 en vitamine B12. Voor mannen is ook de inname van kalium en vitamine B6 voldoende.
- Meer opvolgen van het suppletieadvies van vitamine D van senioren samen met voldoende calcium kan de kans op botbreuken verminderen.
- Voor een aantal voedingsstoffen worden lage innames gezien (calcium, ijzer, vitamine A, B2, B6, C en folaat). Er zijn geen concrete aanwijzingen dat deze lage innames vanuit volksgezondheidsoogpunt zorgelijk zijn. Vervolgonderzoek naar voedingsstatus (bijvoorbeeld bepaalde bloedwaarden) of de prevalentie van klinische verschijnselen is wenselijk.
- Voor veel vitamines en mineralen kan bij verschillende leeftijd/geslachtsgroepen niet met zekerheid worden vastgesteld of er sprake is van lage innames, omdat er onvoldoende kennis is over de behoefte van deze voedingsstoffen. Dit is vaker het geval bij kinderen.
- De natriuminname is bevolkingsbreed hoog. Een hoge natriuminname hangt samen met een hoge bloeddruk.